Wat is asbest?

Inhoud

Wat is asbest?

Asbest komt van het Griekse woord ‘ἄσβεστος’ (asbestos), wat ‘onuitblusbaar’ of ‘onbrandbaar’ betekent. Het verwijst naar een groep mineralen met een vezelachtige structuur die van nature voorkomt. Deze microscopische, naaldachtige vezels – bekend als asbestvezels – hebben unieke kenmerken die ze een populaire keuze maakten in veel industriële toepassingen.

Historische toepassing en verbod
Door zijn veelzijdigheid was asbest een favoriet materiaal in de bouwindustrie, bekend om zijn sterkte, slijtvastheid, en zijn weerstand tegen vuur, water, zuren en zijn uitstekende isolerende vermogen. Na de Tweede Wereldoorlog nam het gebruik ervan toe, maar vanaf de late 20e eeuw kwam de schadelijkheid ervan, inclusief het kankerverwekkend potentieel, aan het licht. Dit leidde tot een algeheel verbod op asbest in de Europese Unie sinds 1 januari 2005. Echter, asbest wordt nog steeds geproduceerd en gebruikt in landen buiten de EU, zoals China, Canada, Rusland en delen van Afrika.

De mijnbouw speelt een cruciale rol in de geschiedenis en ontwikkeling van asbestgebruik wereldwijd. Asbestmineralen worden gewonnen uit ondergrondse mijnen of open mijnen, waar de natuurlijke afzettingen van deze mineralen zich bevinden.

Asbestmijnen werden voornamelijk gevonden in landen zoals Canada, Rusland, Zuid-Afrika, en Australië. Canada, met name de provincie Quebec, was lange tijd een van de grootste asbestproducenten ter wereld. Ook in Rusland bevinden zich grote asbestmijnen die tot op de dag van vandaag actief zijn.

Waar vindt men bij ons nog asbest?
In vele oudere gebouwen, van huizen tot scholen, vinden we nog steeds asbest, vooral in daken en isolatiematerialen die sinds het verbod niet zijn vervangen. Materialen zoals asbestcementdaken waren erg populair vanwege hun lange levensduur.

Toepassingen van asbest

  • Gevel- en dakleien: Veel gebruikt voor dakbedekking en gevelbekleding vanwege de duurzaamheid en weerbestendigheid.
  • Golfplaten: Populair voor schuren, fabrieken en soms woningen; herkenbaar aan hun gegolfde vorm.
  • Afvoergoten en regenpijpen: Vaak gebruikt voor regenwaterafvoer vanwege hun weerstand tegen corrosie.
  • Vensterbanken/imitatiemarmer: Asbest werd toegevoegd voor extra sterkte en om een marmerachtige uitstraling te geven.
  • Pijpen en rioleringsbuizen: Gebruikt voor ondergrondse water- en afvalwatersystemen vanwege de sterkte en duurzaamheid.
  • Isolatiematerialen: Toegepast in spouwmuren, plafonds, rond boilers en leidingen voor hun hittebestendige eigenschappen.
  • Vloeren: Asbesttegels werden veel gebruikt voor hun slijtbestendigheid en gemak in onderhoud.
  • Plafondtegels: Gebruikt in kantoren en scholen voor geluidsisolatie en brandbestendigheid.
  • Textielproducten: Asbestvezels werden verwerkt in brandwerende gordijnen en brandweerkleding.
  • Warmte-isolatie rondom verwarmingstoestellen: Inclusief kachels en ovens, waarbij asbest hielp de warmte te isoleren en verspreiden.
  • Electrische isolatie: Asbest werd vaak gebruikt in elektrische schakelkasten en rondom bedrading vanwege de niet-geleidende eigenschappen.
  • Lijmen en kitten: Voor het verlijmen van vloertegels en andere bouwmaterialen.
  • Spuitasbest: Toegepast als brandwerende coating op balken en plafonds in gebouwen.
  • Pakkingen en afdichtingen: Gebruikt in machines en motoren vanwege de hittebestendigheid en duurzaamheid.

Door de veelzijdige en duurzame eigenschappen van asbest werd het materiaal dus in een breed scala aan producten gebruikt, wat nu zorgvuldigheid vereist bij renovatie of sloop van oudere gebouwen.

Adviezen voor veiligheid
Als uw gebouw vóór 1998 is gebouwd, bestaat er een kans dat het asbest bevat. Indien de asbesthoudende materialen in goede staat zijn, kunnen deze vaak beter intact gelaten worden. Echter, als de materialen beschadigd zijn of in slechte staat verkeren, is professionele verwijdering sterk aanbevolen. Het is van van belang om hierbij deskundige hulp in te schakelen om gezondheidsrisico’s door vrijkomende asbestvezels te vermijden.

Chrysotiel is verantwoordelijk voor zo’n 98% van de wereldproductie asbesthoudende materialen. Het is de enige soort asbest met serpentijne vezels. Dit houdt in dat de vezels gekruld (wolvormig) zijn.

Asbest wordt ontgonnen in mijnen.

Golfplaten zijn een vorm van hechtgebonden asbest. Wanneer deze beschadigd geraken kunnen de vezelfs vrijkomen. Dit is gevaarlijk voor de omgeving.

Categorieën van asbestmaterialen

  1. Hechtgebonden asbestDit type asbestmateriaal kenmerkt zich door de manier waarop de asbestvezels stevig zijn ingebed in een matrix van cement of een ander hard bindmiddel. Voorbeelden van hechtgebonden asbestproducten zijn buizen, golfplaten, gevelplaten en vloertegels. Omdat de vezels vastzitten in het materiaal, is er een zeer kleine kans dat ze vrijkomen in de lucht, zolang het materiaal niet wordt beschadigd of bewerkt. Hechtgebonden asbest is relatief veilig zolang het in goede staat blijft en niet wordt gezaagd, geboord of gebroken.
  2. Semi-hechtgebonden asbest: Materialen die oorspronkelijk hechtgebonden waren, kunnen door externe factoren zoals weersinvloeden, mechanische impact of slijtage overgaan naar een semi-hechtgebonden staat. Dit betekent dat de structuur van het materiaal minder integraal wordt en asbestvezels mogelijk kunnen ontsnappen als het materiaal verstoord wordt. Voorbeelden hiervan kunnen oudere asbestcementplaten zijn die beginnen te verweren of isolatiematerialen die beschadigd zijn geraakt. Semi-hechtgebonden asbest vereist zorgvuldige omgang om te voorkomen dat vezels vrijkomen.
  3. Niet-hechtgebonden asbest: In deze categorie zijn de asbestvezels nauwelijks of niet gebonden in een matrix, waardoor ze gemakkelijk in de lucht kunnen vrijkomen bij de geringste verstoring. Voorbeelden van niet-hechtgebonden asbestproducten zijn spuitasbest, losse isolatiematerialen en sommige soorten brandwerend materiaal. Deze materialen zijn zeer gevaarlijk vanwege de hoge mate van friabiliteit (de mate waarin materiaal kan afbrokkelen onder lichte druk), en vereisen strikte controle- en verwijderingsprotocollen om blootstelling aan de gevaarlijke vezels te vermijden.
 
spuitasbest is één van de gevaarlijkste asbesttoepassingen.

Spuitasbest valt onder de categorie niet-hechtgebonden asbest en bevat voornamelijk crocidoliet (ook bekend als blauwe asbest) of amosiet (bruine asbest). Kenmerkend voor spuitasbest is dat het, naast een bindmiddel, soms tot 90 procent uit pure asbestvezels bestaat. Vanwege deze hoge concentratie asbestvezels behoort spuitasbest tot de gevaarlijkste asbestsoorten die in gebouwen aangetroffen kan worden.

Longen kunnen ernstig beschadigd geraken door asbestvezels. De vezels veroorzaken littekenweefsel en ontstekingen, wat kan leiden tot ernstige ademhalingsproblemen en ziektes zoals asbestose en mesothelioom. Het risico op deze aandoeningen wordt nog verder verhoogd wanneer gecombineerd met roken, waardoor de schade aan de longen nog ernstiger wordt.

Crocidoliet, ook wel blauwe asbest genoemd, is de gevaarlijkste vorm van asbest. Crocidoliet is net als amosiet een amfibool.

Soorten asbest

Asbest is een commerciële naam die wordt gebruikt voor een groep natuurlijk voorkomende kristallijne silicamineralen. Deze vezels worden ingedeeld in twee hoofdgroepen op basis van hun kristallijne structuur:

  1. Amfibolen: Deze groep omvat staafvormige silicaatvezels die zeer sterk zijn en een lage oplosbaarheid in longweefsel hebben, wat ze bijzonder gevaarlijk maakt. Tot de amfibolen behoren enkele van de meest schadelijke asbestsoorten, waaronder amosiet (bruine asbest) en crocidoliet (blauwe asbest). Andere, minder voorkomende soorten zijn anthophylliet, tremoliet en actinoliet.
  2. Serpentijnen: Deze categorie bestaat uit silicaatvezels die een opgerolde bladvorm hebben. Serpentijnen, zoals chrysotiel (witte asbest), kunnen iets korter in het longweefsel aanwezig zijn dan amfibolen, maar zijn desondanks zeer gevaarlijk. Chrysotiel is de meest voorkomende vorm van asbest.

De vezels van asbest zijn extreem fijn, minder dan 1 micron in diameter, en bestaan uit honderden nog kleinere bundeltjes die gemakkelijk kunnen opsplitsen in extreem fijne fibrillen.

Het gevaar van asbest hangt niet alleen af van het type asbest, maar vooral van de manier waarop de vezels zijn gebonden in andere materialen en van de staat van het materiaal. Asbest is niet per se gevaarlijk als het onaangeroerd en in goede staat blijft. Het risico ontstaat pas wanneer asbesthoudende materialen beschadigd raken en fijne vezels vrijkomen in de lucht, wat een gezondheidsrisico vormt bij inademing.

De 6 soorten asbest:

Chrysotiel (Witte asbest) Chrysotiel, ook bekend als witte asbest, is de meest gangbare asbestsoort en was verantwoordelijk voor zo’n 98% van de wereldwijde asbestproductie. Het is de enige asbestsoort met serpentijnse vezels, die een gekrulde of wolvormige structuur hebben. Deze structuur bestaat uit een unieke dubbellaag met magnesium (Mg), zuurstof (O) en hydroxide (OH) in de ene laag, en silicium (Si) en zuurstof (O) in de andere laag, waardoor de vezels oprollen en lange, holle buizen vormen. Chrysotiel werd toegepast in een breed scala aan producten, van bouwmaterialen tot remvoeringen en pakkingen, vanwege zijn duurzaamheid en hittebestendigheid. Ondanks dat chrysotielvezels iets minder schadelijk lijken te zijn dan de rechte vezels van andere asbestsoorten, blijft blootstelling aan deze vezels gevaarlijk en kan het ernstige gezondheidsrisico’s met zich meebrengen.

Crocidoliet (Blauwe asbest) Crocidoliet, bekend als blauwe asbest, wordt gezien als de gevaarlijkste vorm van asbest. Dit mineraal bestaat uit natrium (Na), ijzer (Fe), silicium (Si), zuurstof (O) en hydroxide (OH). Crocidoliet werd voornamelijk gebruikt als niet-hechtgebonden asbest in spuitasbest, waarbij de vezels los in het materiaal zitten en gemakkelijk vrijkomen. Door deze eigenschappen en de hoge concentratie ervan, is de blootstelling aan crocidolietvezels uiterst riskant. Daarnaast werd het gebruikt in golfplaten, asbestcement en rioleringsbuizen. Het is de enige asbestsoort die zijn blauwe kleur behoudt na verwerking, waardoor het gemakkelijk te identificeren is.

Amosiet (Bruine asbest) Amosiet, of bruine asbest, is een amfibool asbestsoort die bestaat uit magnesium (Mg), ijzer (Fe), silicium (Si), zuurstof (O) en hydroxide (OH). Amfibolen zijn herkenbaar aan hun lange, dunne, rechte naaldachtige vezels. Deze vezels zijn massief, hebben een ruitvormige doorsnede en zijn minder flexibel dan de chrysotiele vezels. Amosiet was door zijn hittebestendige eigenschappen populair in thermische isolatieproducten en vuurvaste materialen, maar is, vanwege de gezondheidsrisico’s, minder vaak toegepast dan chrysotiel.

Anthophylliet (Gele asbest) Anthophylliet, ook wel gele asbest genoemd, behoort tot de amfibolen en bestaat uit magnesium (Mg), ijzer (Fe), silicium (Si), zuurstof (O) en hydroxide (OH). Het heeft een witte, groengrijze of groene kleur met een glas- tot parelglans en een grijze streepkleur. De naam is afgeleid van het Latijnse ‘anthophylum’, dat ‘kruidnagel’ betekent, refererend aan de kleur. Anthophylliet was een exotische soort die zelden werd toegepast, zeker in vergelijking met chrysotiel en crocidoliet, en werd vooral aangetroffen in composietvloeren en isolatiematerialen.

Tremoliet (Grijze asbest) Tremoliet asbest heeft een grijze tot groene kleur en behoort ook tot de amfibolen. Het bestaat uit calcium (Ca), magnesium (Mg), silicium (Si), zuurstof (O) en hydroxide (OH) met een glas- tot parelglans en een witte streepkleur. Tremoliet is niet radioactief en werd minder vaak gebruikt dan andere asbestsoorten, maar kan in lage concentraties voorkomen in bouwmaterialen zoals kit en plaatmateriaal. Tremoliet is genoemd naar de Tremola vallei in de Italiaanse Alpen en komt veel voor in stollings- en metamorfe gesteenten, vooral in calciumrijke gesteenten die contactmetamorfose hebben ondergaan.

Actinoliet (Groene asbest) Actinoliet, of groene asbest, is een amfibool mineraal met een naald-achtige vezelstructuur. Het bestaat uit calcium (Ca), magnesium (Mg), ijzer (Fe), silicium (Si), zuurstof (O) en hydroxide (OH). Het heeft een grijsgroene tot groene of zwarte kleur met een glasglans en een witte streepkleur. Actinoliet, dat niet radioactief is, werd zelden commercieel gebruikt en is zeldzamer dan chrysotiel of crocidoliet. Het wordt soms aangetroffen in kit, maar meestal in lage concentraties. De naam is afgeleid van het Griekse ‘aktinos’, wat ‘straal’ betekent, vanwege de vezelige structuur die het kan aannemen. Actinoliet komt veel voor in stollings- en metamorfe gesteenten.

 

Afbeeldingen van de verchillende soorten asbest. (bron: asbestfonds.be)

Contacteer ons via onderstaand contactformulier

(voeg eventueel een foto toe)
Scroll to Top